Het Regionaal Overleg Acute Zorg (ROAZ) kent vele partners in de keten, zo ook de verloskundigen. Hoe ervaren zij deze periode? En hoe is de samenwerking in de regio tijdens de crisis? We vroegen het verloskundige Myrna Knol, voorzitter Verloskundigenplein en bestuurslid Verloskundig Samenwerkingsverband (VSV) Zwolle e.o.
Verloskundige Myrna Knol, voorzitter Verloskundigenplein en bestuurslid Verloskundig Samenwerkingsverband (VSV) Zwolle e.o.
Nieuwe infrastructuur
‘Verloskundige zorg gaat altijd door, ook ten tijde van COVID-19. Zeker aan het begin moesten wij onze zorg op een andere manier vorm gaan geven. Het leveren van dezelfde kwaliteit stond hierbij voorop. Dit heeft veel inzet, verandering en flexibiliteit van iedereen gevraagd. De uitdaging was met zo min mogelijk contactmomenten een zo goed mogelijke risicoselectie uit te voeren. De zwangeren en hun partners zijn bezorgder en hebben andere vragen. Daarnaast moet je een hele nieuwe infrastructuur opzetten om mee te kunnen gaan in alle landelijke richtlijnen en voorzorgsmaatregelen. Het opzetten van die infrastructuur is in een paar dagen gelukt, maar het was wel alle hens aan dek. Vervolgens moet je meebewegen met de richtlijnen die voortdurend worden aangepast en de uitvoering van deze nieuwe structuur, terwijl je de zorg hebt opgeschaald en met elkaar meer uren maakt. Onderdeel daarvan is het aanleren van nieuwe vaardigheden, zoals het dagelijks werken met persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM), hierin hebben wij onszelf geschoold.’
Toegevoegde waarde ROAZ
‘In VSV-verband hadden we al een structuur met onze directe ketenpartners (o.a. ziekenhuizen en kraamzorgorganisaties). Aan het begin bespraken we met elkaar wat we voor elkaar kunnen betekenen als één van de partners problemen krijgt. Daarnaast ben ik tijdens de crisis, vanuit de verloskundigen van onze ROAZ-regio, landelijk coördinator geworden voor de verloskundigenpraktijken. Samen met de andere verloskundige landelijke coördinatoren konden we elkaar op landelijk niveau vinden en snel schakelen. Door onderdeel te zijn van het ROAZ kun je afspraken maken, zoals over het gebruik van PBM. Het ROAZ is daarin een belangrijk overlegorgaan en daar zie ik zeker de meerwaarde van in. Bijzonder aan deze periode en de samenwerking is dat je meer dan anders een kijkje in de keuken krijgt bij de ketenpartners. Je krijgt een beter beeld wat er speelt en daar heb ik persoonlijk veel van geleerd.’
Van reactief naar proactief
‘Hoe we ons voorbereiden op de komende tijd? We bewegen vooral mee met de richtlijnen die er op dat moment zijn. We zijn hierbij wel aan het sturen op een proactief stappenplan, zodat we vooraf weten wat we moeten doen in welke situatie en niet reactief reageren op de nieuwe maatregelen. Verder hebben we de infrastructuur op orde, mocht er een tweede golf komen. We kunnen hierop terugvallen als het nodig is en weten wat we in dat geval moeten doen, dat is heel waardevol.’