Hoe vang je een acuut ziek kind op dat binnenkomt op de spoedeisende hulp? Hoe beoordeel je wat het kind nodig heeft, en wat doe je als de situatie verslechtert? SEH-verpleegkundigen worden hierin getraind tijdens de trainingen AKO (Acute Kinder Opvang) Basis en Herhaling van Netwerk Acute Zorg regio Zwolle. Begin 2024 startte een pilot met een vernieuwde opzet voor deze trainingen.
ABCDE-methode
Tijdens de AKO-trainingen wordt aandacht besteed aan de ABCDE-methode om zo snel mogelijk de vitale functies van het acuut zieke kind te beoordelen. De training bestaat uit een aantal praktische scenariotrainingen met vooraf een theoretische e-learning. Voorheen werd de AKO-training afgesloten met een examen, maar de afgelopen maanden is een pilot gedraaid met in plaats daarvan ‘continuous assessment’ (doorlopende beoordeling). Hierbij worden de cursisten gedurende de dag steeds van feedback voorzien en kan de inhoud van het programma worden aangepast op het niveau van de individuele deelnemers.
Henriëtte Keijl, SEH-verpleegkundige bij St. Jansdal Harderwijk, is als trainer en cursusleider betrokken bij de AKO-training. “Sinds 1 januari ben ik cursusleider, en ik mocht dus direct starten met deze pilot. Het examen bestond uit een scenario waarbij de cursist moest laten zien dat ze de ABCDE-methode goed kunnen uitvoeren, en klinisch redeneren laten zien door bij bijkomende problemen de juiste interventies in te zetten en te onderbouwen. Dit examen duurde ongeveer 20 minuten, terwijl de andere cursisten zaten te wachten. Met 3 trainers per dag konden 3 cursisten tegelijk worden afgetoetst – op een groep van 12 mensen zit je dan zo 1,5 uur te wachten.”
Henriëtte Keijl
Verhoogd leerrendement
Uit eerdere trainingen en feedback daarop van de deelnemers bleek ook dat het examen veel stress met zich meebracht en dat het niet bijdroeg aan het leerresultaat. Continuous assessment was dus een logische optie om te verkennen. Henriëtte: “De vrijgekomen tijd besteden we nu aan de evaluatiegesprekken, en aan extra scenariotrainingen. Er is onderzoek geweest dat scenariotrainingen veel leerrendement opleveren; hoe vaker je ermee oefent, hoe beter je de methode kunt toepassen in je dagelijkse werk. Met deze nieuwe opzet kunnen we nu standaard meer verschillende scenario’s per cursusdag aanbieden.”
Naast de scenario’s zijn er tijdens de pilot vaardigheidsstations ingericht om volop aandacht te kunnen besteden aan enkele vaardigheden, waar tijdens de scenariotrainingen niet altijd even veel tijd voor is. Het gaat dan bijvoorbeeld om intubatie of kapbeademing.
Verbinding door verschillende instapniveaus
Tijdens de AKO-trainingen is er steeds volop aandacht voor de verschillende instapniveaus van de cursisten. “We beginnen met een pure ABCDE-drill. Daarna gaan we meteen door met bijkomende problemen. Alle scenario’s zijn toegespitst op het acuut zieke kind, en we moeten hierbij rekening houden met de verpleegkundigen uit verschillende ziekenhuizen – level-1, -2 en -3. Hoewel elke SEH een acuut ziek kind moet kunnen opvangen, zijn er verpleegkundigen bij die in de praktijk bijna nooit een acuut ziek kind te zien krijgen, dus er zit veel verschil in de hoeveelheid ervaring van de cursisten.”
Dat verschil tussen de cursisten en de ziekenhuizen waar zij werken, vindt Henriëtte een belangrijk voordeel aan de regionaal aangeboden AKO-trainingen. “Niet elk ziekenhuis heeft dezelfde faciliteiten en randvoorwaarden. Juist het regionale karakter en het feit dat je heel veel van elkaar kunt leren omdat verschillende ziekenhuizen verschillende ervaring hebben met de opvang van acuut zieke kinderen, vind ik echt een pluspunt aan deze training. Dit schept ook wederzijds begrip.”
Een fijne leeromgeving met ingebouwde rustmomenten
Door de nieuwe opzet met continuous assessment kan er beter worden ingespeeld op de individuele leerbehoeften van de cursisten. Zo kan worden gekeken wat een cursist nodig heeft om de cursus met een positieve beoordeling af te sluiten, als het om wat voor reden dan ook even niet zo goed loopt. Henriëtte: “Het kan bijvoorbeeld zijn dat iemand een traumatische ervaring heeft gehad met een kind. De opvang van kleine kinderen brengt altijd emoties met zich mee.”
Natuurlijk is deze nieuwe manier van beoordelen voor zowel trainers als cursisten nog even wennen, maar Henriëtte ziet vooral voordelen aan de overgang op continuous assessment. “We zien niet alleen meer leerrendement, maar ook dat de dag meer ontspannen verloopt. Bij het examen is het zo dat je geen fouten mag maken; nu mag dat wel. Je leert vooral van fouten, en dat was altijd al onze insteek. Dit wordt door de cursisten als een heel fijne leeromgeving ervaren.”
